Alles wat je moet weten voor je gaat wildplukken
Wild plukken
Douglastopjes en daslookbloemen in de lente, frambozen en bosbessen in de zomer, eekhoorntjesbrood en tamme kastanjes in de herfst, sleedoorn en molsla in de winter. Wat zijn de lekkerste en gezondste wilde eetbare planten en paddenstoelen? Waar en wanneer groeien ze in Nederland, hoe herken je ze, hoe oogst je ze met respect voor natuur en dier, welke wilde gerechtjes kan je zelf maken als aanvulling op (dus geen vervanging van) je dagelijks menu? De oogst is natuurlijk afhankelijk van locatie, weer en andere wildplukkers, maar dat maakt het juist spannend! En al pluk je niks: de geur van vlierbloesem en dennennaalden op een zomerse dag na een frisse regenbui is bedwelmend lekker! Geen boswandeling zal meer hetzelfde zijn!
Let op: het proeven van wilde planten en paddenstoelen is altijd voor eigen risico! Onderstaande informatie helpt wel om de risico’s te verkleinen en plezier te hebben van het wildplukken
Regels
Wildplukken is verboden maar wordt in natuurgebieden van Staatsbosbeheer in kleine hoeveelheden (250 gram) gedoogd voor eigen gebruik. Ga niet zonder toestemming met een grote mand het bos in om in het wilde weg te gaan plukken maar houd je aan de regels!
- Vraag toestemming aan de grondeigenaar.
- Determineer de soort zorgvuldig en laat bij twijfel alles staan.
- Houd rekening met allergieën.
- Pluk met mate niet beschermde veel voorkomende soorten en pluk niet alles van 1 soort.
- Oogst stekjes voor eigen voedselbos of koop zaad van beschermde soorten in de kwekerij.
- Blijf op de paden, verstoor geen dieren, respecteer boswachters en schaapherders
- Houd de hond aan de lijn in het broedseizoen en neem uitwerpselen mee!
- Neem afval mee!
- Controleer op tekenbeten.
Rode Lijst
Eetbare inheemse soorten op de Rode Lijst zijn beschermd en mogen niet geplukt worden, ook niet op locaties waar ze veel groeien. De Rode Lijst wordt regelmatig herzien. Daslook staat sinds 2017 niet meer op de Rode Lijst.
Lijst wettelijk beschermde planten in Nederland
Nederlandse Rode Lijst planten
Rode lijsten: soort van Rode Lijst Paddenstoelen
Rode lijsten: soort van Rode Lijst Vaatplanten
- Nagelkruid, Knikkend –
- Cantharel
- Zeekraal, Eenbloemig –
Eetbare uitheemse soorten zijn planten die via menselijk handelen bewust (handel) of onbewust (verstekeling) in ons land zijn gekomen, de lokale biodiversiteit verstoren en soms vernielingen veroorzaken. Deze soorten mag je wel oogsten en verwerken maar niet verspreiden of in de tuin aanplanten! Trek scheuten voorzichtig met wortel en al uit de grond, laat geen plantendelen vallen en gooi de planten niet in de compostbak!
Gezonde wilde planten en – paddenstoelen
Wilde planten met weerstand verhogende vitamines, mineralen en antioxidanten.
- Douglas
- Rozenbottel
- Bosbes
- Mierikwotel
- Brandnetel
- Winterpostelein
- Zomerpostelein
- Zeewier
Medicinale wilde planten en – paddenstoelen
Medicinale wilde planten en – paddenstoelen bevatten inhoudstoffen met een geneeskrachtige werking of inhoudsstoffen waar in andere tijden en – culturen een geneeskrachtige werking aan wordt toegeschreven. Raadpleeg bij ziekte altijd een huisarts!
Wilg en moerasspirea: aspirine
- Taxus: kanker (chemotherapie)
- Japanse duizendknoop: chorestorol verlagend….
- Fluitenkruid: kanker
- Kamille: verkoudheid
- Nagelkruid: pijnstillend
- Paardenbloem: rustgevend
- Smeerwortel: huidproblemen
- Tondelzwam: lustverhogend
- Elfenbankje: kanker
- Fluweelpootje, (enoki): kanker
(Dodelijk) giftige planten en paddenstoelen
Laat bij twijfel alles staan, was handen na aanraking van giftige planten of paddenstoelen, bel bij vergiftiging of allergische reacties direct de huisarts. Let op: alleen in buitenlandse apotheken kunnen planten en paddenstoelen getest worden op giftigheid! Lees voor je gaat wildplukken eerst deze informatie door!
Dodelijke giftige wilde planten en – paddenstoelen
- Taxus
Pluk en eet geen taxusnaalden en/of besjes. De naalden zijn zeer giftig en kunnen bij aanraking huidirritatie geven! De pitten van de besjes zijn bij doorbijten dodelijk giftig!
- Waterscheerling, Gevlekte –
Pluk en eet geen witte schermbloemen: eetbare en giftige soorten lijken op elkaar
Eetbaar: wilde peen, fluitenkruid
Giftig: dollekervel, hondspeterselie
Dodelijk giftig: gevlekte waterscheerling
- Groene knolameniet
Pluk en eet geen kleine witte ronde paddenstoelen! De dodelijk giftige groene knolameniet lijkt in jonge toestand op een kleine witte champignon. De meeste dodelijke slachtoffers vallen door verwisseling van deze soorten.
Giftige wilde planten en – paddenstoelen
Gif in wilde planten als gevolg van een vervuilde locatie
- Brandnetel
- Bovist, Reuzen –
Gif in wilde plantendelen afhankelijk van het groeistadium
- Speenkruidblad: plukken voor bloei i.v.m. gifstoffen
Gif in planten bij consumptie in grote hoeveelheden
- Beukennootjes
Gif in planten of paddenstoelen door verkeerde bereiding
- Beukennootjes: gif verdwijnt na verhitting
- Lijsterbes: gif verdwijnt na verhitting
- Vlierbloesem en – bes: gif verdwijnt na verhitting
- Heksenboleet: gif verdwijnt na verhitting
Gif in planten door combinatie met andere voedingsmiddelen
- Kale inktzwam: giftig in combinatie met alcohol
Giftig wel/niet: soorten die licht giftig zijn maar in sommige culturen worden gegeten
- Varen
- Zuurbes
Gif in planten door dieren
- Vossenlintworm: planten geplukt onder kniehoogte kunnen besmet zijn met door de vossenlintworm besmette vossenuitwerpselen die verdwijnt door verhitting. (zeer kleine kans in Nederland).
Waar
Pluk in een schone omgeving op schone plekken bijvoorbeeld onder heggen waar geen mensen en honden lopen. Vervuilde locaties zijn te herkennen aan weinig plantensoorten (braam, berk, alg), weinig diersoorten, stank en (verkeers)lawaai. Schone locaties zijn te herkennen aan een rijk (bodem)leven, veel plantensoorten (mos, orchideeën), veel diersoorten (insecten, vogels, reeën), schone lucht en stilte. Welke soorten groeien op welke locaties?
Stoep
- Veldkers
- Zevenblad
- Nagelkruid
- Zandkool
(Moes)tuin: voedselrijke grond, minder wieden en kijken wat aan komt vliegen!
- Zomerpostelein
- Winterpostelein
- Melde
- Papaver
Siertuin
- Hosta
- Begonia
Bermen
- Winterpostelein
- Hop
- Look-zonder-look
- Brandnetel
- Springbalsemien
- Pinksterbloem
Hagen
- Appel (weggegooide klokhuizen)
- Walnoot
- Mirabel
- Krentenboompje
- Meidoorn
- Sleedoorn
- Hondsroos
Grasland
- Margrietje
- Paardenbloem
- Inktzwam, Geschubde –
- Eekhoorntjesbrood (symbiose met eik)
Bos: schaduw, humusrijke grond
- Douglas
- Sponszwam (symbiose met douglas)
- Beuk
- Oesterzwam (parasiet op beuk)
- Eik
- Zwavelzwam (parasiet op eik)
- Biefstukzwam (parasiet op eik)
- Berk
- Esdoorn
- Vogelkers, Amerikaanse –
Bosranden: schaduw, genoeg licht, vocht en humusrijke grond
- Braam
- Framboos
- Bosaardbei
- Daslook
- Maarts viooltje
- Eekhoorntjesbrood
- Russula
Heidegrond: arme grond
- Vossenbes
- Cranberry
Waterkant: zoet water
- Riet
- Pitrus
- Lisdodde
- Watermunt
- Waterpeper
- Waterkers
Kust, duinen: zandgrond, planten met stevig blad bestand tegen zilte wind
- Grove den
- Wilde appel
- Hondsroos
- Duindoorn
- Kraailook
- Zandkool
Kust, vloedlijn
- Zeekraal
- Zeewier
Parken, lanen. Niet plukken, alleen genieten, tenzij er veel noten of snoeiafval op de grond ligt …..
- (Zwarte) walnoot
- Linde
- Appel
- Gele kornoelje
Plantsoenen
- Eglantierroos
- Sierkwee, Japanse –
- Zuurbes
Botanische tuinen, landgoed – en kasteeltuinen en de omliggende omgeving (ontsnapte en verwilderde soorten)
- Zwarte walnoot
- Kornoelje
- Daslook (stinseplant)
- Lievevrouwebedstro (bijgoed)
- Eekhoorntjesbrood
Wanneer
Het is belangrijk om planten- en paddenstoelendelen in alle seizoenen te leren kennen. Sommige soorten zijn te gebruiken in alle seizoenen en andere kan je markeren zodat ze later in het jaar te vinden zijn. Wat zijn de beste maanden en tijdstippen om erop uit te gaan?
Dag
In de vroege ochtend of namiddag op een doordeweekse zonnige rustige dag bij voorkeur na een regenbui. In de zomermaanden ook in de avond.
Maand
Planten en paddenstoelen hebben een jaarlijks terugkerend groeiproces dat afhankelijk is van klimaatverandering, weersomstandigheden en andere invloeden van buitenaf. In welke maand zijn welke delen op de beste manier te oogsten?
- Januari: snoeiafval bomen en struiken (walnoot, magnolia)
- Februari, maart: boomwater opvangen in flesje aan gebroken tak (berk)
- Maart, april: topjes of blaadjes plant uit rozetkern plukken (look-zonder-look, weegbree)
- Maart, april: jonge scheuten plant opgraven en afsnijden (hop, molsla)
- Maart, april: wortel invasieve exoot verwijderen, verwerken of vernietigen
- April: jong blad en/of – naalden van boom en struik plukken (walnoot, zwarte bes, douglas)
- April: steel van plant afsnijden (asperge)
- April, mei: bloemen en bloesem plukken van struik of plant (na bestuiving)
- Mei, juni: onrijp fruit plukken van boom of struik (appel, aalbes, bosbes)
- Juni, juli: onrijpe noten rapen van boom of struik na storm (walnoten)
- Mei, juni: rijp zomerfruit plukken van boom en struik als het makkelijk loslaat
- Juni, juli, augustus: zaden schudden van de plant en opvangen in zak (springbalsemien)
- September: wortel 2-jarige deels opgraven in eerste jaar vlak voor gebruik (klis)
- September, oktober: rijp herfstfruit van boom plukken als vrucht loslaat (appel, peer)
- September, oktober: rijpe noten onder boom rapen na storm (tamme kastanje)
- September, oktober: paddenstoelen afsnijden zonder aarde en mycelium (oesterzwam)
- November, december: winterbessen na vorst van struik of boom plukken (sleedoorn)
Seizoen
Markeer in de lente de jonge bladeren of bloemen van de plant met een stokje en graaf daar in de herfst (als de bladdelen zijn afgestorven) wortel of knol op.
- Klis
- Daslook
Vind in de lente bloesemstruiken en pluk daar de herfstbessen in het najaar.
- Vlier
- Krentenboompje
Onthoud de plukplek van soorten die elk jaar op dezelfde plek terugkomen.
- Springbalsemien
- Sponszwam
Jaar
Sommige soorten zoals de walnoot zijn in meerdere maanden te oogsten.
- Januari: gedroogd snoeihout (rookovens).
- Mei: bitterzoet geurend blad (verpakking).
- Juni: bolster onrijpe walnoot (nocino, ketchup)
- September: rijpe noot: kraken en roosteren.
- September: bolster rijpe noot: bodembedekker in potten.
- September: tussenschotjes: thee
Determineren
Let op! Laat bij twijfel de soort staan en proef alleen een plant of paddenstoel als je 100 % zeker weet welke soort het is! Determineer alleen soorten die goed herkenbaar zijn (niet te jong of te oud), determineer soorten met meerdere veldgidsen, determineer samen met deskundigen (IVN-natuurgidsen) en determineer soorten nooit uitsluitend met een app.
Familienamen
Familienamen zeggen iets over de vorm van de plant en planten uit dezelfde families hebben vaak verglijkbare eigenschappen.
- Lipbloemen: bloemen zijn lipvormig en smaken vaak scherp (salie, tijm, hondsdraf, watermunt)
- Kruisbloemen: bloemblaadjes staan gekruist en smaken pittig (mosterd, rucola, raapzaad)
Latijnse – en buitenlandse namen
Namen zeggen veel over uiterlijk, geur, smaak of (medisch) gebruik van de plant.
Look-zonder-look
- Nederlands: look-zonder-look, de plant ruikt en smaakt naar (knof)look maar hoort niet bij de look – maar wel bij de kruisbloemenfamilie.
- Latijns: Alliaria, afgeleid van ui en look.
- Engels: Jack-by-the-hedge, de plant groeit vaak onder een heg.
- Engels: garlic mustard, de plant smaakt naar knoflook en mosterd.
- Duits: Knoblauchsrauke, de plant ruikt bij kneuzing naar knoflook.
Zintuigen
Ruik: wrijf een stukje fijn tussen je vingers en ruik de vrijgekomen geur. Ruikt de soort fris?
- Douglas (ruikt naar citroen en ananas)
- Lijsterbesblad (ruikt naar bitterkoekjes)
- Nagelkruid (ruikt naar vanille en kruidnagel)
- Look-zonder-look (ruikt naar knoflook)
- Maarts viooltje (natuurlijke parfum)
- Zevenblad (selderij, peterselie)
- Watermunt (pepermunt)
- Eekhoorntjesbrood (notig, aards)
Luister: leg je oor op de boom en luister naar het geklotst van de sapstromen.
Luister: het steeltje ‘knakt’ als een krijtje in de breedte.
- Berk
- Russula
Kijk: de paddenstoel kleurt direct blauw bij indrukken of snijden.
Kijk: de paddenstoel geeft licht in het donker
- Heksenboleet, kastanjeboleet
- Honingzwam
Voel: voelt de soort stevig en droog aan?
- Oesterzwam
Fotografeer: maak foto’s met goed licht op locatie van alle kanten, dus ook de onderkant
- Eekhoorntjesbrood (sponsachtige sporen aan de onderkant)
- Fluweelpootje (heeft fluweel aan pootje!)
Poef: wrijf een klein stukje van de soort op je lip en ervaar wat je voelt. Giftige soorten smaken vaak bitter, zuur of geven een brandend gevoel.
- Braakrussula prikt op de lip! (licht giftige paddenstoel)
- Bittere boleet ruikt bitter (niet smakelijke boleetsoort)
Meer studie
- IVN
- Boeken
Anwb floragids Nederland-Vlaanderen
Kringloop: veel botanische (soms deels verouderde) boeken!
- Online
Pas op met paddenstoelen!
- Sociale media Interactieve platforms bezocht en gemodereerd door experts.
Platform Eetbare Paddenstoelen
Oogsten
Als je zeker weet welke soort je hebt gevonden dan kan je gaan oogsten.
- Controleer of er geen andere (giftige) soorten bij de oogst zitten.
- Oogst gezonde soorten (niet te jong of te oud) die lekker ruiken en stevig droog aanvoelen.
- Oogst geen soorten die zijn aangetast door schimmel of insecten.
Oogstspullen
Plukspullen zijn afhankelijk van de soorten die je gaat plukken en de weersomstandigheden.
Altijd nodig
- Schoon scherp (zak)mes om planten- en paddenstoelendelen af te snijden.
- Papieren zakje om oogst in te vervoeren
- Katoenen tasje om de oogst in te vervoeren
- Tasje en handschoenen voor zwerfvuil.
- Mobiele telefoon om foto’s van planten en paddenstoelen te maken en te delen
- Plantengidsjes
- Wandelschoenen en beschermende (regen)kleding
- Tekentang
Soms nodig
- Keukenpapier om kwetsbare vruchten en paddenstoelen te beschermen
- Flesje water voor wilde stekjes
- Werk of tuinhandschoenen om duindoorn en brandnetels te oogsten
- Wandelstok om takken met rijpe bramen naar voren te trekken
- Zonnebrandcrème, tekentang, paraplu
- Zaklantaarn voor de zoektocht naar lichtgevende paddenstoelen in de herfst
Proeven
Als je een plant of paddenstoel goed hebt gedetermineerd en je zeker weet dat het geen giftige soort is, kan je deze voorzichtig proeven. Proef geen rauwe paddenstoelen! Let op: het proeven van wilde planten en paddenstoelen is altijd voor eigen risico!
- Proef kleine hoeveelheden van een (nieuwe) wilde soort.
- Ervaar hoe het lichaam reageert.
- Houd rekening met mogelijke allergieën en/of zwangerschap.
- Bouw de consumptie langzaam op.
Wild snackje
Proef wilde planten als ‘snackje’ of dorstlesser tijdens een wandeling. Sommige soorten hebben verassende smaken. Kauw de plant met open mond voor een betere smaakbeleving! Let op: het kan een tijdje duren voordat je iets proeft. Deze planten verliezen smaak bij verhitting en zijn vers te gebruiken in bijvoorbeeld tafelwater of eenvoudige gerechtjes als bloemenboter, pesto of dessertgarnering.
- Berk: vers getapt berkenwater smaakt licht zoet (kokos)
- Lijsterbes: jonge lijsterbesblaadjes smaken bitterzoet (amaretto)
- Braam: jonge bramentopjes smaken zoet (kokos)
- Krentenboom: krentjes smaken zoet, sappig (krentjes)
- Witte dovennetel: bloem uitzuigen, smaakt zoet naar nectar (pas op voor hommels)
- Pitrus, bamboe, riet: kern uitzuigen, smaakt fris zoet (komkommer)
- Waterpeper: smaakt heel pittig (bijt na 10 seconden terug in je tong!)
- Watermunt: blad en bloem smaken fris zeer pittig (pepermunt)
- Springbalsemien: zaad smaakt notig zoet.
- Koolzaad: bloem en zaad smaken pittig.
Vervoeren
Wilde planten zijn meestal niet lang houdbaar, oogst ze vlak voor gebruik en verwerk ze direct!
- Jonge kruiden, fruit en paddenstoelen: oogst vlak voor gebruik in papieren zakken en een textiele tas
- Wortels: oogst vlak voor gebruik.
- Paddenstoelen niet in plastic zakken vervoeren i.v.m. bacterievorming.
Wildplukwandelingen
Wil je deze theorie een keer in de praktijk brengen? Ga dan eens mee met een wildplukwandeling!